Van Heeze tot Bruheze
Een adellijke familie in Brouwhuis
Mario
De jonkheer die een dame was.
Het verhaal over de familie van Bruheze begint in 1222.
Willem van Horne (van Heeze) verkoopt in 1222 de ondervoogdij van de Peel (Peelland) aan Hendrik van Leuven.
In 1155 trouwt Gotfried III van Leuven, hertog van Neder-Lotharingen met Margaretha van Limburg. Hun zoon Hendrik I van Leuven, mag deze titel niet meer voeren en wordt daarom de eerste hertog van Brabant. Hij sticht in 1225 de stad Helmond (inclusief Mierlo en Sterksel) en laat een grote (motte-?)burcht bouwen aan de rivier de Aa bij de hoeve Veehuze tegenover 2 domeinen genaamd Hoogeind en Binderseind. Het kasteel wordt nu het Oude Huys genoemd maar heeft logischerwijs vanaf 1225 waarschijnlijk ook de naam Helmond gedragen. De machtige burcht moet het gebied van de hertog beschermen tegen invallen vanuit het vijandige graafschap Gelre, omdat het ligt aan een van de weinige doorgangen door de Peel.
Justus is een afstammeling van deze familie van Horne van Cranendonck te Maarheeze, die veel bezittingen hebben in Bakel, Vlierden en Deurne, maar zijn naam is niet Justus of Justo maar Engelbert. Deze Engelbert krijgt het goed Ter Brouhese in 1240 bij zijn huwelijk met Catharina van Bentheim geschonken door Hendrik van Leuven, hertog van Brabant, op voorspraak van keizerin Maria van Leuven.
Catharina van Bentheim heeft een moeder genaamd Jutta, ofwel Justa / Justina van Limburg (van Lotharingen). Mogelijk was deze Justina een hofdame van Keizerin Maria en ontstaat daar de verwarring over de naam. De naam Catharina is terug te vinden in een door haar zoon Aernt I gebouwde Catharinakapel, die gelegen moet hebben op een kappelakker bij het Rietven. Op een kaart van Verhees uit 1794 staat de kapel nog op deze locatie ingetekend. Ook is er een goed Benthem dat gelegen is aan de Besterd / de Oudestraat in Bakel. Bij deze locatie stond mogelijk de eerste kerk van Bakel. Vanuit Helmond loopt er een kerkepad naar deze locatie.
Of ze op dit goed gewoond hebben is niet bekend. Hun oudste zoon Aert wordt geboren op een goed te Wedert (Valkenswaard). Hij vestigt zich wel op het goed Ter Brouheze en laat waarschijnlijk een (motte-?)burcht bouwen met de voorburcht gericht richting Bakel en de Peel, gelegen bij het Rietven (zie tekening). Deze burcht heeft waarschijnlijk, net als het Oude Huys, een brede gracht. Het gedeelte van Brouwhuis waar we vermoeden dat het slotje gestaan heeft behoort lange tijd bij Bakel.
De derde zoon van Engelbert en Catharina, genaamd Aert (Engelbert?) / Arnt Stamelaert, is de stamvader van deze familie van Bruheze. Zijn oudere broers erven bestaande gebieden van de familie van Horne, zijnde Eindhoven en Cranendonck door Willem I van Horne en Ghoor en Meijel door Daniël I van Horne.
Een andere familietak heeft oude bezittingen in Valkenswaard en Weert en noemt zich van Wedert.
Arnt en zijn afstammelingen bezitten niet alleen het Bakelse Brouwhuis maar ook grote delen, zo niet alles, van het Vlierdense deel. Mogelijk kochten ze dat van de aan hen gerelateerde familie van Cranendonck. Het gaat dan onder meer om de watermolen van de Vloet (bij het goed Aert den Aude) en de Dapperslaer en de daarbij gelegen grote Weijer.
Oudste zoon Jan, Aert en Peter. Allen krijgen een zoon Aert? De oudste zoon, Arnt Udeman, erft in 1326 het Bakelse deel. Hij trouwt met Jutta van Haren. Een (klein-)zoon?, genaamd Willem of Wouter, is eigenaar van het Vlierdense deel. Deze Willem trouwt met Catharina van Doerne.
Waarschijnlijk bestond er vanaf toen een Groot-Bruheze (Bakels deel) en een Klein-Bruheze (Vlierdens deel). Het Bakelse deel lijkt het oudste en was mogelijk al bezit van Herelaef van Bakel (mogelijk een titel van Pepijn van Herstal) in de 9e eeuw maar wordt pas genoemd vanaf 1240.
De familie van Horne van Cranendonck stammen op hun beurt af van de familie van Horne van Heeze. Het is deze familie van Horne die in bezit is van het gebied Helmond, met daarop een oud Hofgoed.
De familie van Bruheze noemt zich heer van Helmond omdat ze het bezit hadden van de gronden in en rond Helmond tot aan Laarbeek, Gemert, Lierop en Deurne met daarop onder andere de hoeves Scheepstal en Rijpelberg. In Helmond was dat het gebied ten oosten van de rivier de Aa tot aan de Peel.
In 1314 koopt Jan II Berthout van Berlaer het domein Helmond van Hendrik I van Leuven, hertog van Brabant. Berthout van Berlaer kocht het gebied ten westen van de Aa, onder andere het Haagje, en een klein deel aan de andere kant tot aan de rivier de Ameide. Zijn zoon bouwt rond 1325 de vierkante waterburcht Helmond en laat tevens zijn gebied dat tegen de bebouwing van het vrije Helmont aanligt rond 1400 omwallen zodat hij daar heerlijke rechten kan uitoefenen op de aanstaande bewoners (poorters). Hij krijgt al vlug stadsrechten en gaat zich heer van Helmond noemen.
De familie van Bruheze verliest mede daardoor veel macht en aanzien in de regio. Ook de oorlog met Gelre vergt een grote tol. Ondanks de bouw van weerburchten aan de rand van de Peel bij Liessel (1326 Blokhuys Leensel), Deurne (Hooge Huys?) en Lierop (Waerdenburgh) worden de dorpen en steden regelmatig overvallen en vervalt het Peelland tot grote armoede.
Jan I van Bruheze, zoon van Arnt Udeman, koopt rond 1375 het goed Ten Broeck in Woensel van de familie van Cranendonck en gaat daar wonen. Zijn zoon Jan II trouwt in 1370 met Margriet Stercken van Nedervenne, de erfdochter van een rijke familie bij Breda. Deze tak van de familie vertrekt richting Breda om daar bestuurlijke functies te bekleden. In Breda bestond een stadskasteel Bruheze.
Zijn zoon Dirk of Hendrik genaamd heeft nog bezit in Vlierden. Zijn erfdochter trouwt in 1496 met een lid van de familie Eijndhouts waardoor de adellijke familienaam van Bruheze definitief uit de omgeving verdwijnt. Er zijn nog wel van Bruhezes die hoeves en dergelijke bezitten maar die bekleden geen bestuurlijke functies meer.
In 1627 wordt in een akte gesproken over het goed van Brouhuyse, gelegen in Vlierden. Hier lag ooit een Borchsken aan de plaatse van de Zeelenweg, mogelijk al bestaand in 1470. Deze laatste is dan de kleine hoeve ofwel klein hof van Bruheze.
Afstammelingen van Jan II erven een kasteel Loveren bij Baarle-Nassau dat daarna kasteel Bruheze gaat heten.